17 december 2014

Onlangs promoveerde de Utrechtse neuropsycholoog Sarai Boelema op de stelling dat alcoholgebruik door pubers niet zo slecht is als wel wordt aangenomen. Ze had ruim tweeduizend pubers gevolgd en zag geen achteruitgang in verstandelijke vermogens door alcoholgebruik. Het was alsof ze poneerde dat pedofilie geen kwaad kan.

 

Rottend fruiteters

Bezorgde ouders stonden op hun achterste benen. Artsen verdrongen elkaar om te roepen dat alcohol slecht is. Staatssecretaris van Volksgezondheid Martin van Rijn (PvdA) deelde mee, ofschoon hij het proefschrift nog niet gelezen kon hebben, dat alcohol toch echt slecht is voor jongeren.

Het voorval illustreert dat het niet makkelijk is om nuances over het voetlicht te brengen. De wetenschappelijke waarheid is dat wij afstammen van rottend-fruiteters en alcohol voor ons dus niet lichaamsvreemd is.

Sterker, het beschermt tegen hart- en vaatziekten. Er zijn evenwel tal van artsen, hulpverleners en ambtenaren die hun bestaansrecht ontlenen aan de boodschap dat alcohol gevaarlijk is. Iedereen die anders suggereert, wordt rabiaat bestreden.

 

Met mate

Gelukkig keert overdrijving zich ten langen leste tegen de overdrijvers. Zo heeft het Voedingsbureau vele jaren beweerd dat vet levensgevaarlijk was omdat je er hartaanvallen door kreeg. Dat blijkt achteraf grotendeels onjuist, waardoor het Voedingsbureau veel aan gezag heeft ingeboet.

Dus koene ridders van de blauwe knoop, blijf eerlijk! Benadruk dat alcohol in grote hoeveelheden gevaarlijk is, maar zeg er ook bij dat het juist gezond is wanneer het met mate wordt ingenomen.

Bron: Elsevier Weekblad, Simon Rozendaal

Hoofdthema's